woensdag 7 oktober 2015

Paddenstoelen





Ik was  vroeger (en nu nog) een fervent paddenstoelenzoeker maar ik noem het graag paddenstoelenjager. Lange tijd was ik lid van de Antwerpse Mycologische Kring, (AMK) ondertussen Koninklijke, geworden.
In mijn PC zit een lijst met daarop, zowel in het Latijn als in het Nederlands, welke paddenstoelen  ik ooit al gegeten heb. De lijst is indrukwekkend; nu zijn het meer dan 83 soorten. En ik leef nog altijd, zelfs nog nooit ook maar één "accidentje" gehad. Eerlijkheidshalve moet ik er aan toevoegen dat mijn vrouw steeds als eerste mocht proeven…  - grapje - ...

Het volgende verhaaltje speelt zich af in het “Hotel des Milles Collines” in Kigali, Ruanda.
Het was tijdens het najaar en men bracht regelmatig een soort tropische paddenstoelen binnen in de keuken. Ik kende de soort niet maar ze waren absoluut eetbaar. Vrij grote stevige witte paddenstoelen.
Ze verkochten als zoete broodjes onder de vorm van “Toast aux champignons”. De paddenstoelen werden gebakken in boter, afgewerkt met een scheut  room, wat peterselie en voila !

Nu logeerde de crew van  het toenmalige Sabena steeds in dat hotel, het hotel was trouwens een onderdeel van de Sabena groep. Tijdens hun verblijf kwamen zij dikwijls bij mij in de keuken om tropische vruchten te bestellen die ze dan bij hun vertrek mee naar huis namen. Juist voor hun vertrek kwamen zij dan hun pakketje ophalen. Dan kwam dikwijls de vraag : kan ik wat voor jou doen als we terug komen, iets meebrengen of zo…?
Ik had nog nooit van zo een voorstel gebruik gemaakt tot ik aan de paddenstoelen dacht.
Dit was de ideale manier om een lading van die paddenstoeltjes in België te krijgen op een niet omslachtige, snelle en vooral, een gratis manier.

Op een avond kwam er een steward van Sabena zijn pakje ophalen. Hij woonde in Antwerpen dicht bij de persoon die ik juist nodig had. Hij wou met plezier een pakje met paddenstoelen meenemen en het de volgende dag in de brievenbus van de secretaris van de Mycologische Kring gaan stoppen. De bedoeling was om die paddenstoelen aan de Mycologische kring te geven om ze te onderzoeken.
Het vliegtuig vertrok op vrijdagavond en zaterdagmorgen om 9 uur zat het pakje in Antwerpen in de juiste brievenbus.

Lang heb ik niets meer gehoord van de paddenstoelen tot er met de post een grote omslag toe komt met daarin een krantenknipsel uit de “Gazet van Antwerpen” en een brief.
De paddenstoelen waren op zaterdagmorgen toegekomen juist op de dag dat de AMK een paddenstoelententoonstelling had georganiseerd in het Tropisch Instituut, eveneens in Antwerpen.
De paddenstoelen hadden daar een ereplaats gekregen op de tentoonstelling. Men kan niet zo maar alle dagen tropische paddenstoelen tentoonstellen.
Komt daar een fotograaf van de “frut” ( Gazet Van Antwerpen) voorbij die een foto van schiet van de tropische 'champignons' en deze ’s maandags in zijn krant publiceert.
Ikzelf was mij totaal onbewust van die tentoonstelling, het was louter toeval dat het zo uitdraaide.

De paddenstoelen zelf waren van een soort dat op termietenhopen groeit. De termieten kweken een bepaald soort schimmel in de gangen van hun heuvels, om binnenin de luchtvochtigheid op pijl te houden en vooral als voedsel.  
Als de buitenluchtomstandigheden  nu gunstig zijn gaat die schimmel samenklitten toe een soort "mycelium", het startmateriaal waaruit paddenstoelen beginnen te op te groeien.
Zo ontstaan de 'termietenheuvelpaddenstoelen'. (27 letters)

In de tropen gebeurt dat telkenmale tijdens het regenseizoen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten